Op het einde van de week behoort dit beeld definitief tot het verleden. © AF

IJs De Mast verdwijnt na 67 jaar uit Mols straatbeeld: “Vroeger woedde er oorlog tussen ijsventers, nu zijn we nog met twee”

Mol -

In Mol komt deze week een einde aan een tijdperk. Sinds 1955 smullen generaties Mollenaars van een ijsje van IJs De Mast, maar op het einde van de maand stoppen Andre en Arlette Mast-Willekens met hun rondes doorheen de gehuchten. “IJsleurder is een uitstervende stiel. Vroeger waren we met zeventien in Mol en nu nog met twee.”

Annelies Frederickx

Een handgeschreven nota achter het raam van de ijswagen kondigt het afscheid aan van IJs De Mast. “We stoppen ermee, want we zijn oud en versleten”, valt Arlette Willekens met de deur in huis. “Andre heeft geen briefje hangen, maar ik wel. Zo wil ik de klanten waarschuwen, dat we eind juni definitief stoppen. De meesten denken dat het een grap is, maar deze week zetten we effectief een punt achter IJs De Mast.”

Met een handgeschreven nota kondigt Arlette het nieuws aan in haar ijswagen. © AF

Wanneer Andre en Arlette hun laatste bolletje scheppen, komt een einde aan een tijdperk. “Mijn vader Jan Mast begon in 1955, een jaar na mijn geboorte, met de zaak”, vertelt Andre Mast. “Hij ging op ronde met een oude Citroën en sindsdien toert IJs De Mast dus door Mol. Ik begon te leuren voor mijn vader, maar er kwam een kink in de kabel. Mijn vader was van de oude stempel, terwijl ik door mijn studies aan het PIVA in Antwerpen een andere visie had. Ik wilde het op mijn manier doen en ben dan op mezelf begonnen. Ik ging in rechtstreekse concurrentie met mijn vader, maar na verloop van tijd groeiden we wel weer dichter naar elkaar. We werkten opnieuw samen en uiteindelijk heeft mijn vader nog voor mij geleurd.”

Jan Mast startte 67 jaar geleden met de verkoop van ijsjes. © RR

In die 67 jaar is de stiel van ijsventer volledig veranderd. “Vroeger waren we met zeventien in Mol en nu nog met twee”, zegt Andre Mast. “Dat is niet toevallig, want verschillende factoren hebben ertoe bijgedragen, dat het een uitstervende stiel is. De diepvries bij de mensen thuis heeft alles kapot gemaakt. Dat betekende de dood van het leuren. Anderzijds is er ook de wetgeving. Onze sector is streng gereglementeerd en nu heeft men in Mol ook een vergunning nodig om te leuren. Vroeger woedde er echt een oorlog tussen de ijsventers. Met drie of vier leurders reden we van de ene school naar de andere. Een concullega verkocht zijn ijsjes via een raam aan de achterkant van de wagen. Het was voor ons dan ook een uitdaging om gat tegen gat te parkeren, waardoor hij niets kon verkopen.”

Andre Mast doet jong en oud een plezier met een ijsje. © AF

Zesendertig jaar geleden ging echtgenote Arlette Willekens voor het eerst mee op ronde. “Ik ging dat maximaal vijf jaar doen, maar kijk, nu ben ik mijn 37ste seizoen gestart. Voor velen ben ik het gezicht van IJs De Mast, waardoor sommigen denken dat ik de dochter ben van Jan, maar dat is dus fout. Ik heb de stiel hard zien veranderen, maar ook onze klanten en de prijs. Toen ik begon kostte een bolletje een halve frank en nu is dat omgerekend zestig of tachtig Belgische frank. Aan scholen verkopen we tegenwoordig alleen nog ijsjes aan kinderen uit de lagere school. Tieners bekijken na schooltijd alleen hun gsm en rijden de ijswagen straal voorbij. We hielden het zo lang vol dankzij onze oudere klanten. Als we het alleen van de jeugd moesten hebben, zouden we er onze broek aan scheuren.”

Arlette Willekens rijdt al 36 jaar rond door de Molse straten © AF

Vanaf volgende week zal de Ode an die Freude dus niet meer weerklinken in de Molse straten. “Er werd ooit van mij gezegd dat ik de Molse kinderen klassieke muziek leerde kennen”, lacht Odette Willekens. “Eerlijk gezegd wist ik niet dat dit de negende symfonie van Beethoven was. In de beginjaren van IJs De Mast moest er op de triporteur op een hoorn geblazen worden en daarna passeerde een hele collectie bellen de revue. Net als ons herkenningsgeluid zijn ook de ijssmaken fel veranderd doorheen de jaren, maar vanille is nog steeds de favoriet van de Mollenaars. Tijdens een ronde kan ik zeggen dat de mokka of de chocolade op is en dan wordt dat zonder morren aanvaard. Wanneer de vanille op is, moet ik gaan bijladen, want zonder vanille rondrijden is echt geen optie.”

De allereerste wagen van IJs De Mast, met Andre De Mast op de motorkap. © RR

Andre en Arlette zullen volgende week zeker niet in een zwart gat vallen. “Onze camper staat al klaar en als de gezondheid het toelaat, trekken we er nog zo veel mogelijk op uit. We hebben ons letterlijk kapot gewerkt en dus is het nu tijd om te genieten. Met IJs De Mast werkten we van april tot oktober zeven dagen op zeven vaak van ’s nachts tot ‘s nachts. In de winter hadden we nog andere jobs. Andre reed twintig jaar internationaal transport en ik werkte in het dode seizoen bij Mora. Daarom is het nu tijd om van het leven te gaan genieten.”

In één klik toegang tot al het nieuws. Download onze gratis GVA nieuwsapp

Aangeboden door onze partners