Dat Propere Handen - het onderzoek naar matchfixing, corruptie en zwartgeldconstructies - zou uitdraaien op een zware procedureslag, was te verwachten. Vooraleer de raad­kamer kan beslissen wie van de 56 verdachten die het openbaar ministerie heeft geïdentificeerd voor de rechtbank moeten verschijnen, moest de KI beslissen of de bijzondere onderzoeksmethoden die de speurders hadden gebruikt - onder andere observaties - wettelijk waren. De advocaten wraakten eerst met succes een eerste KI en gingen dan in beroep bij Cassatie tegen de beslissing van de tweede KI om de gebruikte onderzoeks­methoden goed te keuren. Nu Cassatie dat ­beroep heeft afgewezen, kan de raadkamer beginnen ten gronde te debatteren over de zaak.

(me)